De hersenen kan je globaal verdelen in twee helften. De linkerhersenhelft en de rechterhersenhelft. Ze zien er hetzelfde uit. Het verschil zit hem in wat ze doen. Maar op sommige gebieden kunnen hersenhelften dominant zijn.
De linkerhersenhelft is heel belangrijk voor taal (zoals schrijven en lezen), spraak en complexe bewegingen. Deze hersenhelft richt zich meer op details. Deze helft bestuurt de rechterkant van je lichaam.
De rechterhersenhelft is heel belangrijk voor het waarnemen van emoties. Hij zoekt bijvoorbeeld naar emoties in iemands stem. Deze hersenhelft is sterk in ruimtelijk inzicht, zoals richting en afstand. Deze helft bestuurt de linkerkant van je lichaam.
De hersenhelften werken vaak met elkaar samen als jij iets doet. Hoe goed de samenwerking tussen beide helften verloopt, heeft invloed op hoe goed je leert. Hoe beter het je lukt om zowel je linker- als rechterhersenhelft te gebruiken bij het leren, hoe effectiever het wordt. Op die manier worden in beide hersenhelften de verbindingen gemaakt. Dan maak je het voor je hersenen makkelijker om de informatie te onthouden.
Voorbeeld: wil jij graag details en feiten onthouden? (linkerhersenhelft) Dan helpt het om bij die feiten beelden te visualiseren, of emoties aan de feiten te verbinden (rechterhersenhelft). Op die manier maak je het voor je hersenen makkelijker om de informatie te onthouden. Hoe dat werkt? Dat lees je hieronder.
In je hersenen bevindt zich een gigantisch netwerk van cellen, genaamd neuronen. Zo’n 100 miljard. Elk van deze neuronen, staat weer in verbinding met een ander neuron. Zo ontstaat er een gigantisch netwerk van cellen, dat continu informatie uitwisselt.
Deze cellen geven signalen door. Van en naar je lijf en organen. Is het warm of koud? Heb je honger? Maar er zijn ook signalen van en naar de informatie, die opgeslagen is in je geheugen. Op die manier kan je je dingen herinneren, die je eerder hebt waargenomen of geleerd. Bijvoorbeeld: hoe je kamer er vroeger uitzag. Of wat de hoofdstad van Duitsland is. Als je leert, breidt je dit netwerk uit. Je legt nieuwe verbindingen. Hoe meer geconcentreerd jij werkt, hoe sterker die verbindingen worden. Gevolg: Je weet beter dingen te onthouden voor de toekomst.
De verbindingen die worden gemaakt, zenden kleine stroomstootjes uit. Je kan je voorstellen dat als je ontspannen bent, je hersenen een andere frequentie afgeven dan dat je woordjes zit te stampen voor je proefwerk of het cryptogram in de zaterdagkrant probeert op te lossen. Deze stroomstootjes kan je zien in hersengolven.
Er zijn vijf verschillende soorten hersengolven:
Er zijn mensen die zeggen dat bepaalde hersengolven zouden zorgen voor allerlei voordelen. Zo zou de alfastand goed zijn bij het leren. Je zou door training in zo’n staat kunnen komen. Maar hier is nog weinig wetenschappelijk bewijs voor. Het is wel zo dat je ontspannen en alert moet zijn om goed te kunnen leren. De uitdaging die je in je dagelijkse bezigheden hebt, is om jezelf in een goede ‘leerstand’ te brengen.
Wil je op een goede manier leren? Gebruik dan de volgende tips:
Onze hersenen
Het menselijke brein zit ongelofelijk ingewikkeld in elkaar. Er zijn boeken over volgeschreven en nog steeds is lang niet alles bekend. Het is dus onmogelijk om hier alles te leren over hersenen. Maar deze introductie geeft jou in ieder geval inzicht in hoe je hersenen werken en hoe je ze kan gebruiken bij het leren.